Yorkshire, 1974. Angst, wantrouwen en geïnstitutionaliseerde corruptie bij de politie zijn volop aan de gang. Beginnende journalist Eddie Dunford is vastbesloten om naar de waarheid te zoeken in een steeds complexer wordend doolhof van leugens en bedrog rond het politieonderzoek naar een reeks kinderontvoeringen. Wanneer de jonge Clare Kemplay vermist raakt, halen Eddie en zijn collega Barry hun redacteur over om hen de banden te laten onderzoeken met twee soortgelijke ontvoeringen die hen meeslepen in een dodelijke wereld van geheimhouding, intimidatie, schokkende onthullingen en politiegeweld.
In 1994 ontdekt een groep tieners dat de angstaanjagende gebeurtenissen die hun stad al generaties lang achtervolgen, allemaal met elkaar verbonden zijn - en dat zij mogelijk het volgende doelwit zijn.
Hoofdinspecteur Maurice Jobson moet zich de zeer vergelijkbare verdwijning herinneren van Clare Kemplay, die in 1974 dood werd aangetroffen, en de daaropvolgende gevangenneming van de plaatselijke jongen Michael Myshkin. De aangespoelde lokale advocaat John Piggott raakt overtuigd van de onschuld van Myshkin en begint namens hem te vechten, waardoor hij onbewust een katalysator vormt voor Jobson om een aantal fouten recht te zetten.
Een jonge zwerver arriveert bij een afgelegen landhuis waarvan de eigenaresse in hem haar verloren zoon meent te herkennen. Zowel de huisvriend als de dochter gaan ook mee met die vooronderstelling, wat het meisje er echter niet van weerhoudt een liefdesrelatie met haar zogenaamde broer aan te gaan.
Na zes jaar van brute moorden vreest de politie van West Yorkshire dat ze The Ripper al hebben geïnterviewd en hem weer op de wereld hebben toegelaten om zijn schrikbewind over de burgers van Yorkshire voort te zetten. Peter Hunter, assistent-hoofdcommissaris van de politie van Manchester, wordt ingeschakeld om toezicht te houden op het Ripper-onderzoek van de politie van West Yorkshire en om te zien wat ze hadden kunnen missen.
Wie was de meest vermoorde vrouw ter wereld? Die twijfelachtige eer komt toe aan Paula Maxa, begin jaren dertig de steractrice van het Grand Guignol-theater in de Parijse wijk Pigalle. Zij stierf in totaal meer dan 10.000 keer op de planken.
Een genezer wordt op mysterieuze wijze zwanger. Als ze uit huis wordt gezet, wil ze haar naam zuiveren en komt ze een vrouw tegen die op hetzelfde wonder hoopt.
De ambitieuze advocate Iris moet schipperen tussen haar rol als alleenstaande moeder en meedogenloze strafpleiter in soms schemerige zaken. Als ze op het huis van haar moeder past, stuit ze op een duister familiegeheim. Ze blijkt een oudere halfbroer te hebben waarvan het bestaan altijd zorgvuldig is verzwegen. De autistische Ray zit in een tbs-kliniek, veroordeeld voor de gruwelijke moord op zijn buurvrouw en diens dochtertje. Iris trekt zich het lot van haar halfbroer aan, ook omdat ze veel overeenkomsten tussen hem en haar zoontje Aron ziet. Ze probeert haar broer vrij te pleiten, maar in haar zoektocht naar de waarheid ontdekt ze nog veel gruwelijker geheimen...
Makani verhuist van Hawaii naar Nebraska om er bij haar oma te wonen en haar middelbare school af te maken. De laatstejaars worden echter het doelwit van een gemaskerde moordenaar. De dader lijkt erop uit om de duistere geheimen van elke leerling te onthullen. De enige hoop op het stoppen van de moorden berust op de schouders van Makani en haar vrienden, voordat ze zelf het slachtoffer worden.
